Baureihe 94Deze baureihe is een verzameling van gelijksoortige locomotieven met de volgende onderseries. De Pfälzische T5 werd Baureihe 940, de Württembergische Tn werd Baureihe 941, de Preußische T16 werd Baureihe 942-4, de Preußische T161; werd Baureihe 945-17 en de Sächsische XI HT werd Baureihe 9419-21. De bekendste locomotief uit deze serie is wel de T161. De verschillen met de T16 of serie 942-4 zijn technisch bezien gering, maar uiterlijk erg afwijkend door onderdelen op de ketel en de lengte van de waterkasten. Bijna alle locomotieven zijn gebouwd door de firma Schwartzkopff.Dit type locomotief werd veel gebruikt in streken met steile hellingen. De daar gebruikte locomotieven kregen in 1923 de Riggenbach-tegendrukrem. De T161; werd gebruikt als rangeer locomotief en verdrong de tandradbaan locomotieven op de lijnen tot 17t asdruk omdat daar de T20 niet gebruikt kon worden. In 1911 reed dit type locomotief op hellingen met een stijgingspercentage van 66,670/00 en bleef dit doen tot 1974. De DRG heeft veel geëxperimenteerd met deze machine en daardoor zijn er veel uiterlijke afwijkingen mogelijk.
De voor spoor N verkrijgbare T161 locomotieven werden bijna allemaal gemaakt door Fleischmann. Tweedehands is er nog wel aan te komen. De volgende modellen zijn beschikbaar t/m epoche II (er kunnen bestelnummers ontbreken - opname 01-2019); Fleischmann; in de opsomming zijn ook de voormalige deelstaat-spoorwegmaatschappijen opgenomen. 7091, 709101, 709181, 7093, 709403 (K.P.E.V.), 709483 (K.P.E.V.), 7095, 7810 (K.P.E.V.), 7823 (K.P.E.V.), 7881 (K.P.E.V.), 7886 (K.P.E.V.), 7893 (K.P.E.V.) Imotec 94129 Het Fleischmann model is relatief eenvoudig om te bouwen naar digitaal bedrijf. In analoog bedrijf is zonder speciale voorzieningen de locomotief ook met kruipsnelheid over de baan te sturen. Ook hier is wachten lonend omdat de digitale converters met de tijd steeds kleiner worden en daarmee het ombouwen eenvoudiger wordt. Op de modelbaan is het interessant om te weten wat de machines in het echt presteerden. Met wat rekenwerk kan dan een realistische sleep aan de locomotief worden gehangen.
Hoe nu de tabel te interpreteren? Daarvoor heb je de wagon gegevens nodig. Als je deze niet hebt kun je de volgende vuistregel aanhouden.
|