Baureihe 38De Baureihe 38 is een verzameling van locomotieven met de asindeling 2'C. De locomotieven hebben dezelfde kenmerken, maar lijken in uiterlijk soms heel verschillend. De indeling is als volgt, Baureihe 380 is de Bayerische Staatsbahnen P3/5N, Baureihe 382-3 is de Sächsische XII H2, 384 is de Bayerische Staatsbahnen P3/5H, Baureihe 3810-40 is de Pruisische P8, Baureihe T3810-40 is eveneens de Pruisische P8 gecombineerd met een aangedreven tender en de Baureihe 3870 is de Badische Staatsbahnen IV e2-6. De Baureihe 38 is vooral bekend geworden door de P8 die in grote aantallen is gebouwd.De locomotief had zeer goede rijeigenschappen en was zuinig en betrouwbaar. De P8 heeft door heel Duitsland gereden en ging ook regelmatig de grenzen over. De locomotief werd ingezet voor reizigerstreinen, maar was sterk genoeg om ook nog goederenwagons mee te nemen. Door de geringe asdruk was dit een ideale machine voor de neven baantrajecten waar de locomotief zowel voor reizigerstreinen als goederentreinen werd ingezet.
Fleischmann heeft zeer veel uitvoeringen van de Baureihe 38 op de markt gebracht. Zowel nieuw als tweedehands zijn nog veel uitvoeringen leverbaar. Enkele uitvoeringen in DRG stijl zijn zeer bijzonder en voor deze modellen moet je goed zoeken en geluk hebben. Op elke modelbaan in periode II stijl mag de Baureihe 38 niet ontbreken en zou daar eigenlijk ook een dominerende factor moeten zijn, dwz meerdere eenheden op de baan. De volgende modellen zijn beschikbaar t/m epoche II (er kunnen bestelnummers ontbreken - opname 12-2018); Fleischmann; in de opsomming zijn ook de voormalige deelstaat-spoorwegmaatschappijen opgenomen. 7159, 6 7159, 7160 02(K.P.E.V.), 7160 04, 7160 06(K.P.E.V.), 7160 82(K.P.E.V.), 7160 84, 7160 86(K.P.E.V.), 7161(geen opdruk), 7167(diversen), 7168 01, 84 7168, 7800(K.P.E.V.), 7810 01, 7810 81, 7818, 7829(K.P.E.V.), 7880(K.P.E.V.), 7888, 7899(K.P.E.V.) Minitrix; in de opsomming zijn ook de voormalige deelstaat-spoorwegmaatschappijen opgenomen. 16381 Op de modelbaan is het interessant om te weten wat de machines in het echt presteerden. Met wat rekenwerk kan dan een realistische sleep aan de locomotief worden gehangen.
Hoe nu de tabel te interpreteren? Daarvoor heb je de wagon gegevens nodig. Als je deze niet hebt kun je de volgende vuistregel aanhouden.
|